In het park Oldruitenborgh ligt de ruïne van de Toutenburg, omgeven door de voormalige slotgracht. Bij het tot stand komen van het landgoed aan het einde van de 18e eeuw werden opzettelijk deze resten gespaard van de Toutenburg, twee torens met een boog, de oorspronkelijke ingang. Het vormde een zogenaamde follie als onderdeel van het park, aangelegd in de Engelse landschapsstijl, ook wel een Engels bos genoemd.
In 1953 besloot men om in het park een openluchttheater te bouwen, met de ruïne als decor en de gracht als scheiding tussen bühne en publiek. Er was wel plaats voor zo'n 1500 mensen. In 1954 werd er een groot openluchtspel opgevoerd tijdens de feestweek toen Vollenhove herdacht dat het 600 jaar stadsrechten had. Uit die tijd stamt ook het historische feit dat het de hele week stortregende, terwijl één van de spelers iedere avond riep 'Wodan, Wodan, geef ons regen'. De muziekvereniging Vollenhoofs Fanfare maakte ook regelmatig gebruik van het openluchttheater, dat in 1956 officieel in gebruik werd genomen. Ook van die uitvoeringen is het bekend dat het regelmatig regende.
Tot 1964 speelde een deel van het volksfeest, op de laatste zaterdag van augustus, hier af. De kinderoptocht eindigde er, de kinderen kregen er chocolademelk en er werd een kindervoorstelling gegeven. 's Avonds was de Donkere Allee, de laan die vanaf Oldruitenborgh toegang gaf, feestelijk verlicht. Er waren opvoeringen met artiesten, doorgaans in de vorm van een revue.
De beelden, plaatselijk bekend als Adam en Eva, die de ingang van de Donkere Allee flankeren, hebben al heel wat dronkemanspraat en erger moeten doorstaan. Veel barsten getuigen van mishandeling door vandalen.
Ook uitvoeringen van de gymnastiekvereniging Flevo vonden hier plaats. De eerste grote viering van Bevrijdingsdag, op 5 mei 1970, werd hier met een vuurwerk afgesloten.
In 1971 werd het openluchttheater in Vollenhove gesloten en werden het plankier en de banken aan de andere kant van de gracht op het talud afgebroken. In 1983 bestond de mogelijkheid om het plankier in het park Oldruitenborgh opnieuw aan te brengen. In september 1983 was het zover. De banken kwamen nog niet terug aangezien daar de financiële middelen voor ontbraken. Het werd feestelijk in gebruik genomen met een concert van 'Vollenhoofsch Fanfare'. De organisatoren hadden voor de uitvoering ook één voorbehoud gemaakt: het moet wel droog zijn.
Het theater werd nauwelijks gebruikt, tot in 2001 op initiatief van de Belangenvereniging Stad Vollenhove de Stichting Openluchttheater Toutenburg werd opgericht. Een groep amateurs was in 1999 begonnen met het jaarlijks opvoeren van een historisch spel, doorgaans één of meer kluchten. Het spel werd omlijst door muziek en zang. Dat ging in authentiek historische kleding, en werd vergezeld van figuranten in en bij het publiek, en gepast eten en drinken er rond om heen in het park Oldruitenborg. In 2004, de viering van 650 jaar stadsrechten, werd bij dit Toutenburg Festival teruggegaan naar de periode rond 1354.
Maar ook dit initiatief was geen lang leven beschoren. Enkele jaren later was het theater - in feite alleen een plankier - al weer verdwenen. Wat resteert is het talud.