model van een Vollenhoofse bol in het CHC te VollenhoveDe bol (bolletje) is een klein houten vissersscheepje (7-10 meter lang), dat pas na 1900 ontstond. Het was scheepstimmerman Jan Kroese uit Vollenhove die op zijn werf de eerste bol maakte met als uitgangspunt een bons, maar met het lijnenplan van een botter. De diepgang was klein door de platte bodem, uiterst geschikt om binnen te komen bij extreem laag water door oostenwind (veel havens aan de oostkant van de Zuiderzee hadden hier last van). Van dit type, dat vooral voor de adgvisserij op haring, paling, ansjovis, spiering en garnalen werd gebruikt, zijn er tussen 1902 en 1927 30 gebouwd bij Kroese, Snoek (Blokzijl) en Huisman (Ronduite, daarnaast 11 als jacht). Er werden voornamelijk staande netten en kubben gebruikt. Tuigage bestond uit grootzeil, fok en kluiver. De lengte varieerde van 7 tot 10 meter, de breeedte van 2 m tot 3 m 30. diepgang was slechts 50 cm.

Dit type schip is ontstaan naar aanleiding van gesprekken tussen de visser en de werfbaas. Het voorstel was een klein schip te bouwen met een vaste plecht, waaronder een verblijfje kon worden gemaakt. Het moest geschikt zijn om in het ondiepe gedeelte van de Zuiderzee te kunnen varen. Het schip vertoont kenmerken van zowel een botter als een schokker. Het ontleent zijn naam aan de ronde (bolle) vorm. De bol was oorspronkelijk niet langer dan 8 meter en werd gebruikt voor de ansjovisvangst op de Zuiderzee. Het scheepje is typisch rond (bol) gebouwd en werd genoemd naar de thuishaven dus Vollenhovense bol, Enkhuizer bol, Wieringer bol etc. In Enkhuizen werd de bol ook wel aalboot genoemd. Voor de pleziervaart wordt het type nog steeds gebouwd.

De laatste bollen voor de visserij werden omstreeks 1925 gebouwd. De bouwkosten waren in 1902 f 250, in 1914 al f 1200, in 1916 f 1600 en f 2200 in 1918, zonder zeilen en netten.

Vollenhoofse bol, de VN44De RD 23 is de enig overgebleven originele Vollenhoofse Bol uit de oorspronkelijke Zuiderzeevisserij. Ze werd in 1911 gebouwd op de scheepswerf van Kroese te Vollenhove. In de daaropvolgende jaren deed ze, onder verschillende visserijnummers, dienst in de visserij , o.a. in Vollenhove, Spakenburg en Durgerdam. In de jaren 50 werd het scheepje tot jacht verbouwd. Carool van Kesteren restaureerde het en voer er ruim 10 jaar mee.

Volgens een andere opgave zouden de VN89 uit 1923 nog lang hebben bestaan, bij B. de Jong te Hoorn, en de VN35 'Zeester' (van Snoek) bij K. ter Laan uit Muiden.

NB: Er zijn veel schaalmodellen gemaakt door oud-vissers, o.a. door Klaas Vis. In het Stadsmuseum is een heel mooi model te zien, gemaakt door de zoon van Kroese in 1968.