(ook wel Aremberger Grift of Heerengracht genoemd)
Dit kanaal werd gegraven tussen 1548 en 1568 op kosten van Jean de Ligne, Graaf van Aremberg, stadhouder van Karel V te Vollenhove. Doel was een veilige binnenvaartroute in plaats van de route over de gevaarlijke Zuiderzee, 'streckende van den dijck van 't Swarte waeter aff noertwaerts doir 't Hoge Moer tot in de Verssloet ende Giethorensche meer'. Er werden geen beweegbare bruggen aangebracht om concurrentie te voorkomen met de turfvaart op Blokzijl, dus konden alleen kleinere schepen er gebruik van maken. Er kwam een schutsluis bij Zwartsluis (vernieuwd in 1826, verbeterd in 1931 en gerenoveerd rond 1995), en een schutsluis in de Veneweg (bij Ronduite, verwoest in 1583 tijdens de Spaanse bezetting). Tussen de gracht en de Barsbekerbinnenpolder werd in 1598 de Oude Boerendijk aangelegd als bescherming. De nederzetting die ontstond bij de schutsluis, even ten westen van Zwartsluis, werd Oude Sluis genoemd.
Het Hoge Moer was een betrekkelijk hoog gelegen moeras tussen Zwartsluis en het Giethoornse Meer, waarvan de waterhuishouding behoorlijk veranderde door het graven van deze gracht. In het moeras lag een duin, bestaande uit in de laatste ijstijd opgewaaid dekzand en begroeid met dopheide, struikheide, wollegras en veenbiezen (belt). Deze Zandbelt had al vroeg bewoning. In de eerste helft van de 17e eeuw werd er een zijtak (Schutsloot) gegraven richting Wanneperveen, met een schutsluisje. Ook hier ontstond later een nederzetting, die tot 1959 alleen over water bereikbaar was.